De intrigerende wereld van de spijsvertering van een hond

Welkom bij mijn blog, waar we de boeiende wereld van het spijsverteringssysteem van onze trouwe viervoeters verkennen. Of je nu hier bent vanwege zorgen over de spijsvertering van je hond of gewoon wat meer kennis wilt vergaren om problemen te voorkomen, ik heet je graag welkom. Deze blog zal onderdeel zijn van een reeks, houdt dus zeker mijn sociale media en de website in de gaten.

Voorouders

De hond stamt af van de wolf, hoewel deze afstamming verder teruggaat in de tijd dan voorheen aangenomen. De hond zoals deze nu bij ons in huis woont is niet een rechtstreekse afstamming van de grijze wolf die nu bestaat. Onze honden zijn een zustertaxa van een voorouder die lang geleden leefde, een populatie wolven die aan het einde van het Laat-Pleistoceen zijn uitgestorven.

Dit zorgt er dan ook voor dat onze honden een eigen evolutie hebben ondergaan en zich meer hebben aangepast naar het leven wat hen in de tussentijd hebben geleefd.

Dit brengt mij dan ook bij het mooie onderwerp waar de komende blogposts over gaan, de spijsvertering van een hond. Als we weten hoe de spijsvertering in elkaar zit dan kunnen we ook bedenken wat voor voeding het beste past bij onze trouwe viervoeter. Ook zien we dan dat wanneer er een onderdeel van de spijsvertering niet soepel verloopt dit effect heeft op de rest van de vertering, hierover later meer.

Is een hond omnivoor of carnivoor

Honden zijn van nature carnivoren, het spijsverteringsstelsel is geoptimaliseerd om vlees en botten te verwerken. Dit is te zien aan de tanden maar ook aan het korte darmstelsel. Het spijsverteringsstelsel is ingesteld op het inslikken van grote stukken prooi en bot. Om te zorgen dat dit goed kan verteren heeft de hond een hele zure maag met een PH waarde van tussen de 1 en 2.5. Het traject wat de voeding aflegt is kort, de maag is relatief klein tot de rest van het lichaam en de darmen zijn kort, deze zijn ongeveer 3-4 keer de lengte van het lichaam.

Amy2b

Amy2b is een gen dat betrokken is bij de productie van het enzym amylase, dat essentieel is voor de vertering van zetmeel. Recente onderzoeken hebben aangetoond dat onze huisdieren meer kopieën van dit gen bezitten, soms wel 4 tot 32 keer zoveel. Hierdoor is het gen tot 32 keer actiever in honden voor de productie van amylase.

Hoewel carnivoren die leven van een eiwit- en vetrijk dieet doorgaans weinig amylase nodig hebben, tonen onze honden een opmerkelijke aanpassing aan een zetmeelrijk dieet, vooral bij rassen die duizenden jaren in de buurt van landbouwers hebben geleefd. Denk hierbij aan de Pekinees en de Shar Pei, deze hebben altijd een zetmeel rijker dieet gekregen en hebben dus vaker veel kopieën van dit gen.

Honden die bij jagers en verzamelaars, in bijvoorbeeld het noordpoolgebied, hebben geleefd zijn vaak een vis- en vleesrijk dieet gevoerd, zij hebben dan ook vaak maar 3 a 4 kopiën van het gen. Denk hierbij aan de Siberische Husky, Alaska Malamute, Akita en de Shiba Inu.

Hoewel dit aantoont dat honden enige mate van flexibiliteit hebben ontwikkeld, betekent het niet automatisch dat een zetmeelrijk dieet ideaal is voor honden die van origine gedijen op een vleesdieet. Wanneer er een zetmeel rijk dieet gevoerd wordt terwijl er niet genoeg amylase beschikbaar is zorgt dit ervoor dat de voeding niet goed verteerd wordt.

De spijsverteringsenzymen, waaronder amylase, zorgt voor verknipping van voedingsstoffen zodat deze kunnen worden opgenomen in de dunne darm. Wanneer er niet voldoende amylase beschikbaar is of er teveel zetmeel in de voeding zit kan het lichaam dit niet meer verknippen en kan de hond dan ook niet genoeg energie, vitamines en mineralen halen uit de voeding.  Onvoldoende enzymproductie kan leiden tot ontstekingsreacties in de alvleesklier, het orgaan dat amylase produceert. Het plotselinge en intense begin van dergelijke ontstekingen wordt aangeduid als acute pancreatitis, terwijl een mildere en frequente verloop als chronische pancreatitis wordt beschouwd.

Let op, dit geldt alleen voor gezonde honden. Er zijn gezondheidsproblemen die baat hebben bij een wat koolhydraatrijkere voeding, dit dient altijd te worden begeleid door een deskundige. Ik zal hier uitgebreider ingaan in mijn komende blog posts.

Zijn ze dan toch omnivoor?

Hoewel honden in essentie carnivoren zijn, vertonen ze kenmerken van omnivoren. Honden hebben van nature het meeste baat bij een dieet dat bestaat uit vlees, boten en organen, een prooidier. Toch komen de darmbacteriën van een carnivoor overeen met die van de omnivoor. Elk type darmbacterie heeft behoefte aan zijn eigen soort vezel. Om deze redenen is het van groot belang een gevarieerd dieet te voeren dat niet alleen bestaat uit vlees, botten en organen maar ook vezelrijke elementen bevat. Denk hierbij aan wortels, kruiden, groente maar ook aan fruit.

Een hond is een facultatieve carnivoor, wat betekent dat hij in de eerste plaats vlees eet.

Laten we samen de volgende keer verder duiken in de wonderlijke wereld van de honden anatomie. Ik schrijf binnenkort een vervolg waarin ik dieper in ga op het begin van de voedselvertering: de maag!

Categories:

Tags:

No responses yet

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *